De Qing-dynastie (1644 – 1911) staat bekend als een periode van grote innovaties in de Chinese porseleinproductie. Met name tijdens de heerschappij van keizer Kangxi (1662 – 1722) werden, op initiatief van de Chinese keizer, dankzij verschillende experimenten nieuwe decoratietechnieken uitgevonden die op Chinese vazen en Chinese schotels bestemd voor prestigieuze Chinese families, prijkten. Dankzij de ontwikkeling van nieuwe pigmenten waren grotere variaties in onderwerpen en thema’s mogelijk. Naast de nieuwigheden in de ornamentatie van Chinese porseleinen Kangxi-vazen zijn ook de vernieuwingen wat het basismateriaal van Chinees porselein betreft niet te onderschatten.
Pâte tendre is een term die verbonden wordt met het Europese porselein dat in navolging op het Chinese pâte dure porselein ontwikkeld werd met experimenten al sinds de 15de eeuw. De Chinese pâte tendre, zacht Chinees porselein dat ook wel Chinees soft-paste porselein genoemd wordt, ontstond pas tijdens de Kangxi-periode (1662 – 1772) en werd een erg populair onderdeel van de Chinese export. Bij de vervaardiging van Chinese porseleinen vazen of Chinese kommen werd de kaolien vervangen door een nieuwe stof, ‘huashi’ of ‘gladde steen’ dat een witbakkende klei is. Het gebruik van de Chinese huashi-klei werd door Père d’Entrecolles, een Franse missionaris en Jezuïet, gedocumenteerd in rapporten in 1712 en 1722. Het is mogelijk dat de Chinese pottenbakkers bij de experimenten de oude Ding-waren uit de Song-dynastie (960 – 1279) wilden benaderen. Hoe dan ook, de Chinese Kangxi pâte tendre vazen bekwamen eigen faam en waren ook nog tijdens latere Qing-dynastie periodes, als de Yongzhen-periodes (1722 – 1735), populair.
De belangrijkste kenmerken, of verschillen met het Chinese hard-paste porselein, is de ondoorzichtigheid of halfdoorzichtigheid van de Chinese porseleinen huashi-lichaam dat roomwit kleurt. Doordat de Chinese huashi-klei een duur materiaal was, werden de Chinese huashi-schotels en Chinese kommen erg dun gemaakt waardoor deze Chinese porseleinen schotels erg licht zijn. Soms werd over een Chinese hard-paste schotel slechts een dunne laag huashi-klei aangebracht om een gelijkaardig effect te bekomen. De klei is ook minder resonant dan kaolien waardoor, wanneer op een Chinese schotel geslagen wordt er eerder een ‘bonk-geluid’ klinkt dan de typische porselein-ring. De Chinese huashi-klei is dan weer wel uiterst geschikt voor detailtekeningen wat resulteert in erg mooi beschilderde Chinese pâte tendre Kangxi-vazen. De taxateur onderzoekt de Chinese pâte tendre vaas grondig vooraleer, op basis van de resonantie, helderheid en gewicht van het Chinese huashi lichaam alsook de kwaliteit van de schilderingen en de merktekens en stempels, een passende schatting te maken.
